Blog

Annexatiedrift

Gepubliceerd op: 12-5-2021

Naast de oude stadswallen en natuurlijke barrières, zoals rivieren, duinen of natuurgebieden, vormen de officiële gemeentegrenzen al sinds jaar en dag belangrijke obstakels voor de groeiambities van de steden. Het verhaal van de stadsontwikkeling is vaak ook het verhaal van het afsnoepen van grondgebied van de omliggende gemeenten. Vaak is dat een voorbode van volledige inlijving. Stadsbestuurders spreken liever van ‘grenscorrectie’ of ‘gemeentelijke herindeling’.

Als steden vooral uitbreiden in het groen, verdwijnen de voormalige gemeenten (zoals Oudenrijn en Weesperkarspel) vrij snel van de kaart. Als het gaat om oude dorpskernen, zijn ze na al die jaren vaak nog goed terug te vinden in het stedelijke weefsel (bijvoorbeeld Amby in Maastricht). Soms moet voor de stedelijke nieuwbouwplannen de oude dorpskern volledig verdwijnen. Van de voormalige dorpen Oetewaal en Osdorp is op de huidige kaart van Amsterdam geen spoor meer te vinden. Vaak blijven dan nog wel de namen van de voormalige buurgemeenten over als wijk- of buurtnaam. Denk maar aan Huizum (Leeuwarden), Schoten (Haarlem) en Zuilen (Utrecht).

In de Historische Stadsatlas NL geven wij een overzicht van de annexatiedrift van de grote gemeenten. De grootste ‘landhonger’ had met voorsprong Rotterdam. Wat begon in 1816 met de annexatie van de gemeente Cool, leidde rond de vorige eeuwwisseling tot overname van Delfshaven, Kralingen, een deel van IJsselmonde, Overschie en Charlois, grondgebied van de gemeenten Overschie, Hillegersberg, Schiedam en in 1914 grondgebied van de gemeenten 's-Gravenzande (dorp Hoek van Holland), Naaldwijk en Rozenburg. In 1941 werden de gemeenten Hillegersberg, IJsselmonde, Overschie en Schiebroek geannexeerd en werd grondgebied van de gemeenten Barendrecht, Berkel en Rodenrijs, Capelle aan den IJssel, Kethel en Spaland, Rozenburg, Schiedam en Vlaardingen overgenomen. En zo ging dat door tot 2010, de annexatie van de gemeente Rozenburg.

De kaart van de gemeente Rotterdam toont de ontworpen uitbreidingsplannen in 1903 en wordt bewaard in het Stadsarchief Rotterdam.