Historische Wegenatlas NL

Nederland in beweging

Voor wie op reis gaat zijn drie zaken essentieel: het doel, de weg en het vervoermiddel. Reizen zonder doel is zwerven en geeft over het algemeen weinig bevrediging. De weg kan een zandpad zijn, maar ook een rivier en zelfs een weg door de lucht. Reizen kan te voet of te paard, zoals in vroeger eeuwen, maar ook op wielen en sinds de negentiende eeuw gemotoriseerd. Ieder mens reist: van huis naar werk of school, op familiebezoek, op vakantie, op ontdekking, en gebruikt daarvoor meestal een vervoermiddel.

Het onderwerp ‘Nederlanders in beweging’ is zo alledaags dat we er nauwelijks over nadenken. Toch valt er veel te ontdekken als je je verdiept in de vraag hoe onze voorouders reisden. Tweeduizend jaar geleden waren er bijvoorbeeld al bestrate wegen. Eeuwenlang reisden we liever en makkelijker over het water dan over land. Wie had gedacht dat we in ons land al zo’n vijf eeuwen over openbaar vervoer beschikken?  

De vijfde atlas in de reeks Historische atlas NL gaat over de weg en het vervoermiddel van onze voorouders. Over oeroude houten wegen door het veenmoeras, onze eerste Romeinse straatweg, tolhuizen, veerboten, gierponten, karrensporen, ringwegen, koningswegen, kanalen, vliegvelden, rotondes, B-wegen, fietspaden, het 1200-kilometer-plan, de Gooische Moordenaar, metro’s en de Hoge Snelheidslijn. Geniet van de vele historische foto’s en laat je verrassen door kaarten met ‘baanbrekende’ plannen om nog meer auto’s door onze historische binnensteden te laten rijden of juist nieuwe barrières op te werpen om al het doorgaande verkeer om te leiden. Vele eeuwen transportbeleid in Nederland hebben in ieder geval één ding duidelijk gemaakt: waar een wil is, komt een weg!

Kaart van Haarlem (1539)

Kaart van Haarlem en Heemstede tot de Kennemerbeek, door Symon Meeusz. van Edam, 1539. Het noorden is links. Afgebeeld is het gebied tussen Haarlem (links) en de Kennemerbeek (rechts), die de grens vormt tussen Kennemerland en Rijnland. Boven zien we de Haarlemmermeer en onder de duinen. De twee waterwegen zijn het Spaarne en de Vaart, daartussen de weg van Haarlem naar Leiden.

Kaart van Utrecht (circa 1750)

Kaart van het gewest Utrecht, door H. de Leth, circa 1750. De kaarsrechte Amersfoortseweg is er duidelijk op te herkennen, evenals de vakverdeling langs de weg. De achtergrond daarvan is dat de Staten van Utrecht in 1651 besloten om de grond langs de aan te leggen weg gratis beschikbaar te stellen. Maar de nieuwe eigenaren moesten wel op hun grond een stuk weg aanleggen en die grond beplanten, bewallen en onderhouden. Langs de ruim elf kilometer lange weg komen 25 vakken, vierkanten van 100 bij 100 roeden met de weg er midden doorheen.

Omlegging beoosten Delft (1937)

Na de totstandkoming van de Wegenbelastingwet en het Rijkswegenplan kon in 1927 een start worden gemaakt met een voortvarende aanpak van de Nederlandse wegen. Er waren heel wat nieuwe wegen te bouwen op nieuwe tracés. Bij belangrijke verbindingen werd gekozen voor totale nieuwbouw. Het wegvak Rijswijk-Delft van rijksweg 13 werd in 1937 zelfs uitgevoerd met één ongelijkvloerse kruising. Sommigen beschouwen dit daarom als de eerste autosnelweg, maar het was slechts een opmaat naar de werkelijke snelwegen, die zich naast gescheiden rijbanen kenmerken door volledig ongelijkvloerse kruispunten over het gehele traject en vluchtstroken.

Bermtoerisme (1933)

Een vroege vorm van bermtoerisme, in 1933 vastgelegd door fotograaf Willem van de Poll. De Laarderhei is in trek bij dagjesmensen en de auto’s worden vlak langs de Rijksweg geparkeerd.